Monument voor A.C. Wertheim

Acht zilveren waterbogen ontspringen uit de rand van de schaal.

 

Plaats: Wertheimpark
Onthuld: 1898
Ontwerp: architect Ingenohl* (1855-1925)
Materiaal: groen marmer, hardsteen, brons
Afmetingen: doorsnee bassin 7 m. Monument, h 4.50 m  b 4 m  d 4 m

De monumentale fontein staat op een flauwe heuvel in het park tussen hoge bomen. Acht zilveren waterbogen ontspringen uit de rand van de schaal, die uit één stuk marmer is gehouwen. De bezoeker moet rondom het achthoekig bassin lopen om de bijna verdwenen gouden letters te ontcijferen op de rand van de schaal: “ Der zwakken staf - Der menschheid vriend - Een wekstem tot leven - Den kunst'naar tot steun - Den tragen tot spoorslag - Door stad en land betreurd.” Uit het monument spreekt bewondering en verering voor Abraham Carel Wertheim (1832-1897).
In het Joods Historisch Museum hangt een portret van Wertheim, geschilderd door Thérèse Schwartze. Hij zit achter zijn bureau. Een vrij gezette man met een breed gezicht, omkranst door grijze krullen en bakkebaarden. Donkere ogen kijken de toeschouwer schattend aan.  
Abraham Carel Wertheim werd geboren in Amsterdam op 12 december 1832. Hij was de oudste zoon van de joodse handelaar in gouden en zilveren voorwerpen Carel Wertheim. Zijn Moeder heette Dina van Muiden.

Weldoener

Als bankier, politicus en weldoener speelde A.C. Wertheim een belangrijke rol bij de economische groei en opkomende welvaart van Amsterdam. In de tweede helft van de 19e eeuw kwamen de stoomvaart en het stoomtreinverkeer op gang en de handel breidde zich uit. Amsterdam ontwikkelde zich weer tot een handelsstad van wereldformaat. Wertheim zag als geen ander de mogelijkheden die zijn tijd met zich meebracht. Hij was bekend om zijn inzicht en meeslepende spreektrant. De bankier financierde vele ondernemingen en haalde orders binnen voor de Nederlandse industrie. Wertheim was medeoprichter, bestuurder, directeur of commissaris van talloze ondernemingen op het gebied van de waterwegen, spoorwegen, de stoomvaart en Nederlands Indische- en Surinaamse zaken. Ook het kunstleven had zijn belangstelling. Al jong liet hij zich inschrijven bij het letterkundig genootschap ‘Tot Nut en Beschaving’, dat in 1806 was opgericht, de idealen van de verlichting uitdroeg en toegankelijk was voor joden. Vele clubs hielden in die tijd hun deuren gesloten voor joodse mensen. Zelf schreef Wertheim honderden verzen gewijd aan zijn vrouw en kinderen en aan zijn vrienden, zoals J. Boissevain, directeur van de Stoomvaartmaatschappij Nederland. Boissevain hield later een toespraak bij de onthulling van de Wertheimfontein.
Wertheim trok zich de armoede in de dichtbevolkte joodse buurten aan. Hij steunde vele liefdadige instellingen voor joods- en algemeen belang. Hij bekleedde belangrijke posities bij de joodse kerkenraad en het Nederlands-Israëlitisch Seminarium en hield met andere joodse bestuurders de religieuze traditie in stand voor de joodse gemeenschap. Zelf was hij vrijzinnig in zijn godsdienstige opvattingen. Wertheim was een liberaal regent. Hij maakte deel uit van de Provinciale Staten van Noord-Holland als lid van de Liberale partij “Burgerplicht”. Antisemitische stromingen verhinderden dat hij in de tweede kamer kwam. Wertheim reageerde hierop met verdraagzaamheid. In 1886 veroverde hij tenslotte een zetel in de Eerste kamer.

Indrukwekkend ontwerp 

In 1897, vlak na zijn overlijden, richtten vrienden van A.C. Wertheim een comité op, om zijn nagedachtenis "eene blijvende hulde te brengen". De secretaris van het A.C. Wertheim Comité, architect Jonas Ingenohl, ontwierp de fontein. Ingenohl bedacht een rijk versierd monumentaal gedenkteken, groter en indrukwekkender dan de fontein die nu in het park staat.  “...in het cirkelvormig bovenbassin wordt het water opgevangen, dat door vier bronzen dolfijnen, die zich uit het kolom-basement ontwikkelen, wordt omhoog gespoten. Rondom de rand van het bovenbassin zijn gestyleerde bronzen spuwers aangebracht, die het water verder in acht stralen in het benedenbassin werpen. Dit benedenbassin is van achtkanten vorm en groot 10 meter in diameter. In de ornamentiek van het bronzen kapiteel op de groote kolom is de liefdadigheid gesymboliseerd: de pelikaan, die, volgens het oude volksgeloof, hare jongen voedt met haar bloed... De bronzen vaas die het geheel bekroont en zich 8 meter boven de grond verheft, zal ‘s zomers van frissche bloemen worden voorzien”.
De pelikaan is inderdaad te vinden op vier zijden in de bronzen versiering bovenaan de marmeren kolom. In top staat een bronzen vaas met een bronzen vlam. De vier dolfijnen zijn weggelaten en er was waarschijnlijk geen trap hoog genoeg om de vaas van verse bloemen te voorzien. 

Heropening in de regen

Ter ere van het honderd jarig bestaan is het Wertheimmonument grondig gerenoveerd. Jarenlang had de fontein droog gestaan omdat het verouderde pompsysteem niet meer functioneerde. De buurtvereniging 'Vrienden van de Plantage' organiseerde een feestelijke heropening. Op een natte oktoberdag in 2000 hield oud-wethouder Rick ten Have een feestrede. Hij herinnerde aan de vele feesten en concerten die vroeger in het park aan de Plantage werden gegeven. Een jazzband zorgde voor vrolijke noten en er werd bier en koffie geschonken. De regen viel met bakken neer, de mensen stonden in de modder, in de ene hand een paraplu en in de andere hand een plastic bekertje. Maar de fontein kwam tot leven met acht dunne straaltjes water uit de acht pijpjes in de rand van het bovenste bassin. De waterbogen verdwenen bijna in de regenstroom. De oorspronkelijke spuwers, leeuwenkoppen die water uit hun muil moeten spuwen, ontbraken. Daar is nog geen geld voor gevonden. 
In zijn toespraak bij de onthulling van het Wertheim Monument in 1898 sprak Boissevain over de vele vrienden van Wertheim die wilden tonen wat hij voor hen had betekend en wilden bewijzen dat de overleden weldoener niet vergeten was. De giften voor het monument stroomden dan ook binnen. 
Ruim een eeuw later stroomt het water van de fontein in het Wertheimpark nog steeds al is het met acht bescheiden waterstralen. Het wachten is op de leeuwenkoppen die de zilveren bogen met kracht uitspuwen in het groen spiegelende bassin.

Literatuur en bronnen

Archief Stedelijk Museum, stamboek no. VBA 1817
A.S. Rijxman, A.C. Wertheim 1832-1897, Een bijdrage tot zijn levensgeschiedenis. Academisch proefschrift UvA. 1961. Uitgever Keesing. 
Toespraak gehouden door J. Boissevain, 'De onthulling van de Fontein in het A.C. Wertheimpark te Amsterdam', 3 oktober 1898. Met bijlagen. Gemeente Archief.
Dr. J. Meijer, Het verdwenen ghetto. 1946. Joachimsthal.
Richter Roegholt, Wonen en wetenschap in de Plantage. De geschiedenis van de Plantage. U.A.

* Zie ook ‘Waterval in het Zuiderbad’